Spring naar content

Afpakken van vermogen zonder veroordeling: een nieuwe koers?

“Er wordt meer ingezet op confiscatie van vermogen, daarbij wordt de Europese aanpak overgenomen”. Dit is een van de cryptische aankondigingen in het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB.1

Een blik op de recente ontwikkelingen rondom het afpakken (de confiscatie) van crimineel vermogen schept mogelijk meer duidelijkheid. De beoogde nieuwe regering lijkt met deze aankondiging namelijk aan te sluiten bij de recent gewijzigde plannen van het (inmiddels demissionaire) kabinet.

Voor een goed begrip van die plannen moeten we eerst wat verder terug in de tijd. In 2020 kondigde de regering een concept wetsvoorstel aan over ‘non conviction based confiscation’ (NCBC). De nieuwe wet zou mogelijk moeten maken dat crimineel vermogen wordt afgepakt, zonder dat sprake hoeft te zijn van een voorafgaande strafrechtelijke veroordeling. Voor het afpakken van dit crimineel vermogen zou het Openbaar Ministerie (OM) moeten aankloppen bij de civiele rechter en niet bij de strafrechter.

De afgelopen jaren werd veel (terechte) kritiek geuit op dit wetsvoorstel. Op 10 mei 2023 publiceerde de Raad van State een kritisch advies, waarin werd geconcludeerd dat het wetsvoorstel spanning opleverde met bepaalde fundamentele rechten en beginselen.2 Strafrechtelijke waarborgen kunnen met de uitvoering van het wetsvoorstel worden omzeild. Het advies van de Raad van State was dan ook om het wetsvoorstel niet (in ongewijzigde vorm) in te dienen bij de Tweede Kamer.

Op 15 maart 2024 stuurde de Minister van Justitie en Veiligheid een brief aan de Tweede Kamer, waarin zij een gewijzigde koers aankondigde voor het afpakken van crimineel vermogen zonder veroordeling.3 Het eerder aangekondigde wetsvoorstel confiscatie criminele goederen zal niet bij de Tweede Kamer worden ingediend, aldus de minister. De reden hiervoor is volgens de minister onder andere dat Nederland binnenkort een nieuwe Europese Confiscatierichtlijn4 moet implementeren. Deze richtlijn verplicht lidstaten confiscatie zonder voorafgaande veroordeling mogelijk te maken. Volgens de richtlijn moet de confiscatie procedure wél bij de strafrechter plaatsvinden.

In plaats van de civielrechtelijke procedure besloot de regering dus toch voor een strafrechtelijke procedure te kiezen.

Volgens de minister verandert met deze nieuwe koers niets wezenlijks: het toepassingsbereik van de nieuwe strafrechtelijke procedure zal vergelijkbaar zijn met die van de civielrechtelijke procedure die eerder werd voorgesteld, schrijft zij in haar brief. Het introduceren van een civielrechtelijke procedure zou geen meerwaarde meer hebben.

Het is onduidelijk hoe de minister dit voor zich ziet.

Het staat de Nederlandse wetgever inderdaad vrij om meer situaties aan te wijzen waarin confiscatie zonder veroordeling kan plaatsvinden dan de situaties die worden genoemd in de Europese Confiscatierichtlijn. De richtlijn bevat namelijk minimumvoorschriften en lidstaten mogen wetten maken waarmee strenger wordt opgetreden tegen criminaliteit.

Voor het overige lijkt de toezegging van de minister echter niet haalbaar. De eerder voorgestelde civielrechtelijke procedure bevatte namelijk een hoop elementen die in een strafrechtelijke procedure niet mogelijk zijn. Zo was het in het eerdere wetsvoorstel mogelijk om vermogen af te pakken van een persoon die eerder door de strafrechter was vrijgesproken. In een strafrechtelijke procedure zal dit niet mogelijk zijn. De onschuldpresumptie verzet zich daartegen. Ook zou een belanghebbende volgens het eerdere wetsvoorstel kunnen worden verplicht te verklaren over de herkomst van het vermogen. In een strafrechtelijke procedure kan dit niet, want dit is in strijd met het uitgangspunt dat iemand zichzelf niet hoeft te belasten (‘nemo tenetur’).

Dit zijn slechts voorbeelden, maar duidelijk is in ieder geval dat het OM in de nieuwe strafrechtelijke procedure een lastigere bewijspositie zal krijgen én dat de rechten van de belanghebbenden beter zullen worden beschermd. Het zal niet meer mogelijk zijn strafrechtelijke waarborgen te omzeilen. Tot zover goed nieuws dus.

Wij zijn benieuwd naar de concrete plannen van de nieuwe regering en houden de ontwikkelingen rondom het nieuwe wetsvoorstel nauwgezet in de gaten.

  1. HOOP, LEF EN TROTS – Hoofdlijnenakkoord 2024 – 2028 van PVV, VVD, NSC en BBB, p. 20.
  2. Advies van de Raad van State d.d. 10 mei 2023, te raadplegen via deze link.
  3. Brief van de Minister van Justitie en Veiligheid d.d. 15 maart 2024, “EU-Confiscatierichtlijn en conceptwetsvoorstel confiscatie criminele goederen”, te raadplegen via deze link.
  4. Richtlijn (EU) 2024/1260 van het Europees Parlement en de Raad van 24 april 2024 betreffende ontneming en confiscatie van vermogensbestanddelen. Inmiddels is deze richtlijn gepubliceerd.